Bourg Saint Maurice, een versterkte vallei

De Alpen worden vaak gezien als een natuurlijke barrière, maar ze zijn niet onbegaanbaar. Met de Petit-Saint-Bernard, Bonhomme en Iseran passen is de Haute-Tarentaise vallei al sinds de prehistorie een belangrijke doorgangsplaats. Sinds de oudheid is de Petit Saint-Bernard pas een verbinding tussen de lokale Alpenvolkeren. Tijdens de Romeinse verovering voltooide keizer Augustus de Romeinse weg. Troepen, vorsten, pelgrims, kooplieden, bankiers en marskramers staken allemaal de Tarin-wegen over. Aan het einde van de Middeleeuwen controleerde het graafschap Savoie vijf cruciale passen, waaronder de Petit en Grand Saint-Bernard.

De wijk Les Alpins in Bourg-Saint-Maurice herbergde tot 2012 de Blauwe Duivels van het 7^e Bataillon Alpenjagers (BCA). Deze herdenkingsplaats biedt de mogelijkheid om de vallei van de Haute Tarentaise en de verdedigingswerken te ontdekken die werden gebouwd om de communicatieroutes naar Italië te beschermen en te controleren. Een gelegenheid om het lokale militaire verleden te ontdekken met zijn organisatie, de bouw van de fortificaties, de gevechten en de mannen die hun leven hebben gegeven voor onze vrijheid en vrede.

"Ik ben Paul, een geograaf, en ik kijk graag naar deze vallei en hoe ze zich heeft ontwikkeld. In de Romeinse tijd was het een doorgangsplaats, in de Middeleeuwen evolueerde het met het verschijnen van heerlijkheden en grenzen. Het werd een plaats van spanning en rivaliteit. Hier en daar zie ik nog steeds de overblijfselen van de verschillende vestingwerken. Ik zou graag denken dat het vandaag de dag, dankzij de bouw van Europa, weer een plek van verbindingen en doorgangen is."

VAN DE TOREN… NAAR HET FORTJE

Rond het jaar duizend viel de opkomst van het Huis van Savoye samen met het feodale tijdperk en de opkomst van vele versterkte kastelen. In de Haute Tarentaise zorgden de fortificaties voor controle over wegen en bergpassen. In Bourg-Saint-Maurice is nog steeds de toren van Châtelard (12^e eeuw) te zien. Deze toren bevindt zich op een strategische plek op een rots aan de voet van de Chapieux-vallei en tegenover de Col du Petit Saint-Bernard. Gebouwd tussen de 12^e en 13^e eeuw, is de toren van Rochefort het enige overblijfsel van een feodale residentie die ooit omringd was door grachten en torens. In de 17^e eeuw lieten Lodewijk XIII en kardinaal Richelieu een aarden fort bouwen om de vallei te beschermen tegen bedreigingen uit Piemonte. Dit fort is tegenwoordig verdwenen.

1860, EEN NIEUWE GRENS

Na de aansluiting van Savoye bij Frankrijk in 1860 en de oorlog van 1870 vormde het verenigde Italië een nieuwe dreiging. In 1888 creëerde Frankrijk alpentroepen en een beschermingssysteem dat zich uitstrekte van de Jura tot Nice: de Séré de Rivières-linie.

DE MAGINOT-BOUWELS: DE OPGANG NAAR DE OORLOG

Aan het begin van de 20e eeuw maakte het gebruik van gewapend beton nieuwe soorten forten mogelijk en zorgde het voor de versterking van oudere bouwwerken.

Aan het einde van de jaren 1920 leidde de creatie van de Maginotlinie in de Alpen tot verschillende constructies:

• De Seloge-bouw aan de voet van de Seigne-pas en de lijnen van kleine bunkers rond de passen van Petit Saint-Bernard en Mont.

• De Canonkelder aan de voet van het Malgovert-bos, de Châtelard-bouw aan de voet van de middeleeuwse toren, en de snelle antitankbarrière van de Versoyen, die inmiddels verdwenen is.

Nauwelijks voltooid, werden ze gebruikt tijdens de gevechten van de Tweede Wereldoorlog. Aan het einde van het conflict werden sommige forten door het leger verkocht.

DE CHATELARD-TOREN

Deze vierkante toren (7,60 m zijlengte) en de muur (1,80 m) zijn de overblijfselen van een oud verdedigingssysteem uit de 12^e eeuw, waarvan de fundamenten waarschijnlijk dateren uit de Romeinse tijd. Gebouwd op een steil promontorium op het kruispunt van verschillende valleien: Beaufortain, Italië, de Col du Petit Saint Bernard en de Isère, beschermde het alle communicatieroutes. Zoals bij alle middeleeuwse verdedigingswerken, bevond de ingang zich op de eerste verdieping, toegankelijk via een ladder, wat een gemakkelijke terugtrekking mogelijk maakte in geval van gevaar. Schietgaten zijn nog duidelijk zichtbaar in de muur.

DE ROCHEFORT-TOREN

Gebouwd tussen de 12^e en 13^e eeuw op een promontorium dicht bij de Romeinse weg, is deze toren het enige overblijfsel van een feodale woning die door een opeenvolging van families werd bewoond. Ooit omgeven door grachten en torens, werd de woning verwoest en begraven onder aardverschuivingen toen deze werd bewoond door de Heerlijkheid Rochefort-Villaraymon.

WIST JE DIT: DE TABEL VAN PEUTINGER

In de Gallo-Romeinse tijd heette Bourg Saint Maurice Bergintrum. Het was al een belangrijke stad in het Romeinse Rijk, zoals blijkt uit de vermelding op de Tabel van Peutinger. Deze tabel vertegenwoordigt het hele wegennetwerk van het Romeinse Rijk: de cursus publicus. Aan het einde van de 12^e eeuw werd het gereproduceerd op een groot perkament en lijkt het op de diagrammen die in metrotreinen in Europese steden te zien zijn. Het wordt nog steeds gebruikt als gids voor archeologen die de overblijfselen van Romeinse wegen en locaties bestuderen.